Abiotische (milieu)factor is binnen de ecologie de term voor een externe milieufactor die geen biologische oorsprong heeft, in tegenstelling tot biotische factoren (organismen). Men onderscheidt primaire milieufactoren en samengestelde factoren, die men zich kan voorstellen als samengesteld uit twee of meer primaire factoren.
De abiotische factoren kunnen worden gegroepeerd in factoren met betrekking tot klimaat, bodem en water.
Klimaat:
- Neerslag en luchtvochtigheid
- Temperatuur
- Daglengte en lichtsterkte
- Windsterkte en windrichting
Bodem:
- Grondsoort, Korrelgrootteverdeling (textuur), Bodemfauna
- Humus, hoeveelheid en samenstelling
- Grondwater, diepte van het freatisch vlak en Grondwatertrap
- Zuurgraad
- Moedergesteente
- Reliëf, glooiingshoek en expositie (hellingsrichting van de bodem)
Water:
- Zoutgehalte of saliniteit van het water
- Trofie: de concentraties van opgeloste minerale stoffen
- Saprobie: de concentraties van organische stoffen
- Waterdiepte
- Troebelheid (turbiditeit) en transparantie
- Golfhoogte
- Stroming