De gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus) is een boom die van nature in Zuid- en Midden-Europa voorkomt. In Nederland en België is hij sinds lang ingeburgerd en wordt hij tot 30 m hoog.

Deze soort heeft stevige twijgen die dikke tegenoverstaande knoppen met bleekgroene knopschubben dragen. De bladeren zijn vijflobbig en handnervig, bovenaan donkergroen, onderaan blauw-groen tot grijsrood. De toegespitste lobben zijn ongelijk gekarteld. De bladeren verschijnen iets voor de bloemen.

De bloemen zijn geel-groen en ontstaan in hangende, aan de basis samengestelde trossen, in één tros kunnen mannelijke, vrouwelijke en steriele bloemen voorkomen.

Net als alle esdoorns heeft deze soort gevleugelde vruchten, die twee aan twee bij elkaar zitten. De vleugels van de vruchten vormen een scherpe tot een rechte hoek, smaller aan de basis. Deze vruchten ontkiemen de volgende lente. Ze zijn giftig voor paarden.

Vruchten

De gewone esdoorn heeft graag een diepe frisse grond, maar groeit ook op arme slechte grond. De soort is wel gevoelig voor bladluizen en meeldauw.

Onderzoek van de Universiteit Utrecht toonde in 2016 aan dat de gewone esdoorn en, in mindere mate, de vederesdoorn(Acer negundo) veroorzaker kunnen zijn van atypische myopathie en daarom giftig zijn voor paarden.

Bron: Wikipedia

Laatste Posts